My lovely mom!

My mother Kobi de Gier

Today a great article about my mother has been published in Trouw (one of the largest Dutch newspapers). My mother passed away three weeks ago on Wednesday 29 July 2015.

Please find the article below in Dutch. If needed please use google translate. Below this article I also added my own speech during her funeral on Tuesday 4 August 2015.

Newspaper Trouw, 24 August 2015

“Helaas, mevrouw De Gier”, zegt de arts. “U heeft een leverbloeding en over ruim een uur raakt u in coma. Een paar uur later zult u overlijden. Wij kunnen niets meer voor u doen.”
 Mevrouw De Gier gelooft er niets van. “Dat kan toch niet”, zegt ze. Maar kordaat als ze is, neemt ze meteen maatregelen. “Schrijf op”, zegt ze tegen haar zoon en ze dicteert tot in detail wie gebeld moet worden, wie er wat moet doen tijdens haar begrafenis, welke muziek er moet zijn.
 Dat was ruim vier jaar geleden. Sindsdien is haar zoon de tel kwijtgeraakt van de keren dat haar de dood werd aangezegd. Haar levenskracht leek onoverwinnelijk.
 Ooit was ze een meisje geweest dat vrijwel niets mocht en daar legde ze zich bij neer, zonder klagen. Toch nam ze de vrijheid om zichzelf te ontplooien tot een zelfstandige vrouw van de wereld.
 Jacoba van Haeringen, aanvankelijk Kootje genoemd en later Kobi, werd geboren als tweede dochter van een akkerbouwer in het Drentse dorp Nieuw-Amsterdam. Ze hadden het niet breed. Kobi herinnerde zich later vooral de ruimte die ze had om te spelen met haar oudere zus: touwtjespringen, hinkelen, knikkeren, tollen, verstoppertje spelen en op stelten lopen. ‘s Avonds lazen ze of deden een spelletje kwartet. De zondagen waren saai. Haar vader sprak dan geen woord en ze moest twee keer naar de gereformeerde kerk waar hel en verdoemenis werd gepreekt.
 Kobi leerde graag. Nadat ze het diploma mulo-a had gehaald, ging ze nog een jaar door om ook mulo-b met exacte vakken te doen. Toen was het afgelopen. Ze mocht niet verder leren. Later mocht haar jongere broer dat wel en hij kwam ver in de wetenschap.
 Tijdens haar middelbare school was het gezin verhuisd naar een andere wereld, het dorp Zevenhoven ten zuiden van Amsterdam. Haar vader had last van open benen en kon moeilijk meer op het land werken, vandaar dat hij het melkveebedrijf van zijn schoonouders overnam. Hij kon de koeien zittend melken.
 Van haar moeder leerde ze orgelspelen, eerst op het harmonium, later op een huiskamerorgel met twee klavieren. Vanaf haar zestiende speelde Kobi ook tijdens kerkdiensten. Ze had in het begin nog niet veel repertoire. Toen de collecte langer duurde dan gewoonlijk, raakte ze helemaal uitgespeeld. Een jongeman kwam haar te hulp. Hij schoof naast haar en speelde uit zijn hoofd de tijd vol. Ze kende hem, een vrolijke bakkerszoon vol grappen en grollen die met brood langs de deuren ging. Sinds dat benauwde moment achter het orgel kreeg ze meer aandacht voor hem.
 Toen hij haar meevroeg naar de bruiloft van zijn broer, wilden haar ouders daar niets van weten en ze stuurden haar voor een maand naar familie in Drenthe. Toch kregen ze serieus verkering. Kobi sloop door een steegje naar de bakkerswoning. Een tante zag dat een keer en de rapen waren weer gaar, zoals Kobi het zelf noemde.
 Toen ze slaagde voor mulo-b werd er bij haar thuis een taart bezorgd die was versierd met drie rode rozen. Dat brak het ijs bij haar ouders. Na twee jaar verkering verloofde Kobi zich met de vier jaar oudere Jaap de Gier.
 Ze dacht dat ze bakkersvrouw zou worden en nam een baan als winkelmeisje om alvast ervaring op te doen. Maar de bakkerij ging naar Jaaps broer die al getrouwd was. Jaap moest als vrijgezel maar ander werk zoeken. Hij werd vertegenwoordiger in grondstoffen voor bakkers. Ook al verdiende hij maar 80 gulden per maand plus provisie, toch durfden ze het aan een lening van 17.900 gulden te sluiten voor de bouw van een rijtjeshuis in Loosdrecht. In mei 1956 trouwden ze.
 Jaap was veel weg, want zijn rayon omvatte ook de Zuid-Hollandse eilanden waar hij vijf dagen achtereen bleef omdat er nog geen bruggen waren. Ook hielp hij zijn broer in de bakkerij. Vrijdagnacht bakte hij brood dat hij overdag uitventte. Hij kreeg dan tien gulden, een bruin brood en een half pond koek.
 Toen Kobi drie dochters had gebaard, kreeg het gezin het financieel erg krap door dat koophuis. Ze wilde Jaap eens verrassen met een doosje aardbeien. Hij kreeg tranen in zijn ogen. “Dat kunnen we ons eigenlijk niet veroorloven”, zei hij.
 Er waren betere tijden op komst. Toen Kobi eens voor de zoveelste keer de trap aan het verven was, kwam Jaap opgetogen binnen. Een concurrent bood hem vier keer zoveel salaris. Kobi legde de verfkwast neer en zei: “Dan schilder ik nooit meer de trap” en er kwam marmoleum op de treden. In zijn nieuwe baan kreeg Jaap ook vakantiegeld en pensioen. Toen twee jaar later nog een zoon werd geboren, waren er geen geldproblemen meer.
 Naast haar zorg voor het gezin, was Kobi nog altijd kerkorganist. Als ze zondags terugkwamen van de dienst, waren andere kinderen altijd welkom bij haar thuis. Vooral ‘s zomers was het feest in de tuin met een waterslang en een teil. Een buurman zei een keer: “Dan willen we op zondag even rustig in de tuin zitten en dan begint de herrie bij De Gier weer”. Maar zijn dochtertje speelde er ook.
  Een andere buurman, met wie Jaap graag schaak speelde, was in goeden doen geraakt en nodigde hen uit voor luxe vakanties. Eerst naar een hotel bij Arnhem, later steeds verder: Duitsland, Luxemburg, Marokko, Indonesië, Zuid-Afrika, Kenia en Tanzania. Dat hadden ze zelf nooit kunnen betalen, ook al was Kobi op haar 37ste in deeltijd gaan werken.
 Dat was bijzonder in die tijd. Haar familie en zeker de familie van Jaap waren  er erg op tegen. Of Jaap de kost niet kon verdienen!
Een buurman had haar gevraagd om een zieke medewerkster te vervangen op het kantoor van Inkoopcombinatie Holland, vijf minuten lopen van huis. Dat werd een vaste baan voor twintig uur in de week. Na verloop van tijd kreeg ze de afdeling buitenland onder beheer. Daarvoor haalde ze het diploma Duitse handelscorrespondentie.
  Toen ze er tien jaar werkte, werd het bedrijf verplaatst naar Geldermalsen. Maar de reistijd viel haar tegen en ze solliciteerde naar een baan op de leerlingenadministratie van het Willem de Zwijger College in Bussum. Het was een lastige overgang naar de ambtelijke wereld van het onderwijs. Er waren voorschriften voor de simpelste briefjes, maar ze paste zich aan.
Jaap had het moeilijker. In 1984 raakte hij overspannen en werd arbeidsongeschikt verklaard. Dat viel hem zwaar. Hij voelde zich schuldig. Soms durfde hij de deur niet uit, want hij dacht dat de mensen dachten ‘daar loopt die nietsnut, je ziet toch niets aan hem?’ Pas toen hij elf jaar later 65 jaar werd, voelde hij zich wat beter: iedereen was op die leeftijd toch met pensioen thuis?
  Kobi was niet te stuiten. Toen ze in 1990 haar dienstverband kon halveren voor hetzelfde geld om plaats te maken voor werklozen, deed ze dat graag. Aan aan de Hogeschool Holland in Diemen ging ze een vierjarige opleiding tot cultuur-historisch reisleider volgen. Eén dag in de week naar college en verder thuis leren over oude en nieuwe geschiedenis, architectuur, schilderijen, beelden. Eindelijk kon ze echt studeren, haar kinderwens. Ze deed het puur voor het plezier van het leren.
 Toen ze op haar 61ste volledig met de vut ging, maakte ze een groepsreis naar Spanje. Ze informeerde bij de gids of een jongere studiegenoot kans zou maken op een baan als reisleider. “Waarom solliciteer je niet zelf”, vroeg de gids. Dat deed ze en ze werd aangenomen als leidster van 55-plusreizen bij Kras. Ze begon weer een heel nieuw leven.
 Voor elke nieuwe bestemming moest ze zich helemaal inlezen. Ze maakte uitgebreid aantekeningen, een multomap vol voor elke streek of stad, en hoopte dan dat de chauffeur er al eens was geweest. Als het een vliegreis was, moest ze alles zelf uitvinden. Ze begon in Tsjechië, later bouwde ze ervaring op in heel West-Europa, van Scandinavië tot aan Griekenland en Spanje.
 Als ze reizen aan elkaar koppelde, was ze maanden van huis. Zeventien jaar lang bleef ze bij Kras. Jaap vond het prima, als ze maar nooit zou vragen of hij mee wilde gaan. Hij zat liever thuis om te schaken, dammen en biljarten.
 Geleidelijk aan hadden ze elkaar minder te vertellen en groeiden ze uit elkaar. Toen de kinderen zelfstandig waren, verhuisden ze. In Westerbork, dichtbij haar geboortegrond, verbouwden ze een huis waar ze ieder hun eigen leven konden leiden. Hij beneden, zij boven. Ze aten samen en gingen ook samen uit wandelen.
 Eind 1999 werd bij haar darmkanker vastgesteld. Met een operatie kwam ze ervan af. Enkele maanden later kreeg Jaap dezelfde diagnose. Twee jaar lang was hij ziek van de chemokuren. Toen wist ze hem zo ver te krijgen dat ze samen op reis zouden gaan, naar Tsjechië. Enkele maanden later stierf hij.
 Bij Kobi kwam de kanker terug, maar ze bleef reizen. Soms met de chemopillen in haar handtas.
 Tot haar 78ste bleef ze gidsen. Daarna vertelde ze voor verenigingen over de landen die ze had bezocht. Toen ze stierf had ze nog twee lezingen in haar agenda staan.
Jacoba de Gier-van Haeringen werd geboren op 8 mei 1934 in Nieuw-Amsterdam, Drenthe. Ze stierf in op 29 juli 2015 in Westerbork.
My speech during her funeral in the Church of Westerbork.
Koby de Gier

Mama GAAT niet meer dood, mama IS dood!

Eind vorige eeuw krijgen we te horen dat Papa en Mama allebei darmkanker hebben en dat is, zeker in die tijd, geen goed nieuws. Helaas is het bij Papa al bij het ontdekken uitgezaaid en overlijdt onze lieve Papa 2 a 3 jaar later,  op 27 November 2002.

Mama kan goed geopereerd worden en die pakt haar leven met ENORM POSITIEVE energie op. Mama blijft leven.

Vrijdag 3 juli 2015: Ik schrijf deze tekst terwijl ik boven Mongolië vlieg richting Beijing. Reizen (werk en privé), nieuwe landen en culturen zien en ECHT beleven is waar Mama ook enorm van kon genieten. Hoe vaak hebben we elkaar niet gebeld terwijl één van ons ergens ver weg was? Of dat we allebei tegelijkertijd naar bijvoorbeeld de mooie Middellandse zee keken. Mama vanuit HAAR geliefde Spanje en ik vanuit Monaco. Ook hebben we elkaar wel eens achter de douane op Schiphol gezien. Mama onderweg naar Athene en ik naar Dublin. Dit waren momenten waar Mama tot aan haar dood zo blij over sprak.

“Mooi hè: die ondergaande zon die we nu allebei in de Middellandse zee zien zakken”

“Wat is het toch een voorrecht om zoveel te mogen reizen”

“Wat kunnen we hier toch iedere keer enorm van genieten”

Is wat we dan tegen elkaar uitspraken.

2010

5 jaar geleden was ik bij haar in het ziekenhuis van Assen toen ze horen kreeg dat de Kanker helaas toch is teruggekeerd, en is uitgezaaid. Wel zijn er Chemokuren die haar leven mogelijk met een paar jaar kunnen verlengen. Natuurlijk pakte ze elke chemokuur aan en ging zelfs met de chemopillen stiekem in haar tas door als reisleidster, zonder dat haar werkgever Kras hiervan op de hoogte was. Letterlijk zij ze tegen mij: “Stel je voor dat ze mij gaan verzoeken om te stoppen, dat wil ik echt niet”! Ik ga deze strijd aan en zal de statistieken “verslaan”! En dat deed ze!!! MAMA blijft voorlopig bij ons!

Zoals u weet is Mama op latere leeftijd Kunstgeschiedenis gaan studeren. Na deze studie is ze als reisleidster aan de slag gegaan. Mama was tot aan dood een zeer ontwikkelde en belezen vrouw die midden in het leven stond. Populair zou je nu zeggen: “she was living to the max”. Mama haalde eruit wat er in zat.

Ook wist Mama mij altijd te verbazen met haar gedetailleerde kennis van vele steden zoals Praag, Athene, Bratislava, Barcelona en Cordoba. Deze kennis had ze altijd paraat.

Zelf hebben Anne-Marie, Lotte en ik dat met eigen ogen (en zeker ook met onze oren, want Mama kon heel veel vertellen :-)), 4 jaar geleden (zomer 2011) in Cordoba meegemaakt: wat wist ze toch veel.

Dankbaar zijn we dat we deze ‘afscheidstour’ met haar hebben mogen meemaken. Nog 1 keer alle plekken die voor haar zo belangrijk waren, de gidsen, hotels en zelfs haar favoriete koffietentje met haar te zien. Wat genoot Mama intens van het prachtige hotel en deze fijne, warme reis. Eigenlijk gelooft mama niet dat ze ziek is, zo goed voelt ze zich.

April 2011 Mama gaat dood!!

15 april 2011 stond ik (een uur nadat we thuis in Westerbork een fles wijn hadden geopend) naast Mama op de intensive care. De behandelend arts zei tegen Mama:

“helaas Mw de Gier. U heeft door de leverpunctie een leverbloeding en over ruim een uur raakt u in coma. Een paar uur later zult u overlijden. Wij kunnen niets meer voor u doen”.

Haar reactie was “maar dat kan toch niet Wim” en ze keek mij indringend aan. Nog geen 10 seconden later vroeg ze mij te gaan schrijven. Ik scheurde een stukje van een papiertje dat aan de muur hing af en ik begon te schrijven.

Tot in detail beschreef mama wie wat tijdens haar begrafenis mocht doen. Wie gebeld moest worden, welke muziek er moest zijn. Mama wil ook dit tot in detail regisseren!!

Daarna heb ik m’n 3 zussen en dominee Jelle van Sloten gebeld en die kwamen ook allemaal meteen naar Assen toe. Mama is sterk en slaat zich hier als een wonder doorheen, de bloeding stopt en Mama gaat helemaal NIET dood!

Bijna 2 jaar geleden ben ik er bij als Mama te horen krijgt dat dit de laatste chemokuur was geweest (haar lichaam kan het niet meer aan) en dat de behandelingen stoppen. Ze zal dus in de komende tijd gaan overlijden. Die zomer is er toch weer een (alternatief en nieuw) middel mogelijk en natuurlijk pakt Mama deze met beide handen aan.

Vrijdag 10 juli 2015:

Ik vlieg terug naar Schiphol vanuit China en de dag ervoor sprak ik haar nog. De dagen ervoor had ze het slecht (koorts, longontsteking, extreem moe etc.). Toen ik belde zat ze met Marit positief en gezellig aan tafel een spelletje te doen. Ze was zoals altijd zo enorm geïnteresseerd in ALLES wat ik in China had meegemaakt en hoe ik (via een uitdagende omweg) terug zou komen.

Ja Wim zei ze letterlijk: de huisarts had niet zo’n goed bericht waar ik best wel verdrietig van ben. Ze klonk toch weer verrast (ga ik dan wel dood…?) en ze geeft nooit en nooit op!!

Eerlijk gezegd ben ik een beetje de tel kwijt hoe vaak Mama te horen kreeg dat ze dood zou moeten gaan, ernstig ziek is, er nu echt niets meer aan te doen zou zijn. Het biedt troost dat ze al die tijd positief was, van het leven bleef genieten en oprechte interesse in de wereld om haar heen en ons bleef houden. Ze vocht met een reden en voor haar was het gevecht de moeite waard. Voor haar was die reden het leven zelf.

Mama is en blijft voor mij een lieve en super sterke vrouw. Alles, alles echt ALLES kon ik met haar delen en bespreken, ik bewonder haar enorm om haar intense gesprekken met over en weer zoveel oprechte vragen en interessante discussies. Ik kan mij echt geen onderwerp bedenken waar ze geen belangstelling voor of kennis van had.

Vorige week maandag morgen. Mama geeft aan dat ze echt niet meer kan en ze vraagt om een injectie om diep te gaan slapen.

Een paar minuten voor ze de injectie krijgt, gaf ze nog aan dat het haar speet dat het echt niet verder meer kon. Ze verzocht mij met Jelle van Sloten in Tel Aviv contact te zoeken.

Ik kon haar doorgeven dat ik al eerder contact had gehad met Jelle en dat alles nu echt goed was. Ik gaf haar aan dat Jelle er morgenavond al zou zijn en dat ook mijn zoon Paul ruim voor haar begrafenis terug uit Thailand zou zijn. Of te wel iedereen kon bij deze afscheidsdienst zijn. Je zag nog steeds “het niet willen opgeven”, maar ook tegelijkertijd de rust in haar ogen.

Haar lichaam kon echt niet meer, maar haar geest was nog steeds die van een vol in het leven staande vrouw.

In de afgelopen weken heb ik aan Mama verteld dat ik te zijner tijd een Deltavlieger met motor ga kopen, zodat ik thuis weg kan vliegen en elke keer als ik vlieg weet dat ze over mijn schouder (in ieder geval in mijn gevoel) met mij mee vliegt.

Mama was enorm blij dat ik dit met haar deelde.

Letterlijk zei ze: “als ik toch nog eens jong zou mogen zijn, dan zou ik echt erg graag gaan deltavliegen. Dat parachutespringen van jou, dát heb ik nooit begrepen.”

Mama ik weet zeker dat als er een hiernamaals zou zijn, jij nu met een voldaan gevoel aan het meekijken bent. Ik mis onze gesprekken. Nooit meer hoef ik pantoffeltjes uit hotels voor je mee te nemen. Ik mis je, mama.

ENORM BEDANKT VOOR JOUW en Papa’s POSITIEVE ENERGIE.

De energie en kracht die ik elke dag voel en die in mij leeft en in mijn drie lieve kinderen.

Bedankt dat ik je zoon mag zijn!

10 thoughts on “My lovely mom!

  1. Wim ik heb het helemaal gelezen . WT een orachtig afschrijf hebben jullie met elkaar gehad. En wat was je moeder een fantastische vrouw. Ik wist het wel maar als je dit keest…. Zo bijzondere fijne moeder oma noem maar op voor iedereen een fijne vrouw. Sterkte met het verlies. Liefs Rob en Irene x

  2. Hallo, de naam zegt me wel iets maar ik kan me haar niet herinneren. Ik ben in 1947 geboren in Oud-Loosdrecht en in februari 1956 naar Hilversum verhuisd en nu woon ik in Italie met m’n Italiaanse man. Waarschijnlijk heeft jouw lieve mama mijn zus wel gekend die ook in 1934 was geboren – Ankie Labordus-Hansma – en die nu ook alweer 22 jaar in de hemel is. Ik vind je verhaal over je moeder erg mooi en daarom reageer ik er nu ook op. Tot slot van harte gecondoleerd. Met veel liefs van Marja Leoanrdi-Hansma en op Facebook is mijn naam Marja Hansma.

  3. Dank je wil voor je lieve woorden Irene!

    Het klopt ze was een zeer speciale vrouw. Niet alleen voor ons and familie, maar ook voor vele anderen om haar heen….

    Thanks again!

  4. Dank u wel en hoe mooi is het om haar ook hier te kunnen herinneren en het e.e.a. te kunnen delen. Liefdevol delen van kennis is en was ook mijn moeder “ten voeten uit”. Het stuk en de foto zijn in de Trouw en ook tijdens haar begrafenis gebruikt en we krijgen daar, ook via diverse andere media erg positieve reacties op.
    Groeten, Wim de Gier

  5. Hi Wim, prachtig en touching beschrijving van een bijzondere vrouw. Ik heb haar niet gekend, maar prachtig hoe actief iemand kan blijven. Zelfs na het verlies van je vader en zelfs tijdens de behandelingen nog actief. Nogmaals sterkte in deze intensieve tijd!
    Tjidde

  6. Dank je voor je warme woorden Tjidde!
    Het zijn, zeker ook met mijn formele rollen als executeur en afwikkelingsbewindvoerder naast het verwerken van het verlies van lieve moeder bij elkaar, best wel heftige tijden.

  7. Prachtig Wim. Wat een mooi verhaal heb jij kunnen en mogen vertellen op je moeder haar afscheid.

    Nadat ik in 2003 in 4 maanden tijd mijn beide broers verloor heb ik in 2007 mijn moeder ten grave gedragen. Door zo’n mooi verhaal als het jouwe komen de emoties weer even terug. Eigenlijk best lekker!

    Groet,
    Ruben

  8. Dank je Ruben. Heftig om dit van je te horen. Ik denk aan je. Take care!